Als u na het nuttigen van alcohol wordt onderworpen aan een controle langs de weg, kan een politieagent of rijkswachter die constateert dat u “kennelijk dronken” achter het stuur van uw voertuig zit, de overtreding constateren zonder dat u een blaastest of een blaastest hoeft te gebruiken. Dit is de beslissing van het Hof van Cassatie op 27 juni 2023, waarin wordt geweigerd een prioritaire kwestie van grondwettigheid voor te leggen.
Een bestuurder wordt schuldig bevonden aan het besturen van een voertuig terwijl hij duidelijk onder invloed was. Hij werd door het Hof van Beroep van Versailles veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden en een schorsing van zijn rijbewijs voor vier maanden.
Hij tekende beroep aan inzake rechtsvragen en vroeg het Hof van Cassatie om een prioritaire kwestie van grondwettigheid voor te leggen aan de Constitutionele Raad. De bestuurder is van oordeel dat deze overtreding voorzien in artikel L 234-1-II van de Wegcode in strijd is met de Grondwet. Hij geeft aan dat het feit waarvoor hij is veroordeeld geen voldoende duidelijke en nauwkeurige definitie kent. Dit strafbare feit is volgens hem in strijd met het legaliteitsbeginsel van strafbare feiten en straffen, met dat van juridische voorspelbaarheid en rechtszekerheid. Niemand kan immers worden veroordeeld voor een strafbaar feit waarvan de samenstellende elementen niet in een tekst zijn vastgelegd.
Het Hof van Cassatie weigert deze vraag te stellen, omdat deze niet ernstig is. De elementen die het strafbaar stellen van het besturen van een voertuig terwijl er duidelijk sprake is van dronkenschap, zijn voldoende duidelijk en nauwkeurig. Er is geen risico op willekeur. Een politieagent of rijkswachter kan, in tegenstelling tot rijden onder invloed van alcohol, subjectief aan deze overtreding denken als hij bijvoorbeeld evenwichtsverlies, rode ogen, onsamenhangende of lastige opmerkingen of een naar alcohol ruikende adem opmerkt.