Bron: fanf.fr
22 maart 2023
- door Guido Smoorenburg
In Frankrijk is men terughoudender ten aanzien van euthanasie dan in Nederland. Dit leidt nogal eens tot de reactie “Tegen die tijd ga ik wel naar Nederland”. Maar wat kan men eigenlijk verwachten in Frankrijk en in Nederland?
De Franse wetgeving
Het handelen in Frankrijk wordt grotendeels bepaald door La Loi Leonetti van 2005. In februari 2016 kwam er een uitbreiding op die wet; La Loi Claeys. La Loi Leonetti verbiedt actieve euthanasie maar staat palliatieve (pijnbestrijdende) behandeling toe met als mogelijk bijkomend effect dat het leven bekort wordt. Deze behandeling mag slechts plaats vinden na medisch collegiaal overleg en na toestemming van de patiënt of verwanten. Na het aannemen van La Loi Claeys-Leonetti is het onderwerp sterk in discussie gebleven: ongeveer 80% van de Fransen bleek positief te staan tegenover euthanasie bij ondraaglijk lichamelijk of psychisch lijden of het beschikbaar stellen aan de patiënt van een dodelijk middel onder medische begeleiding. De nieuwe wet van 2016 verbiedt echter nog steeds actieve euthanasie maar biedt ruimte aan palliatieve benadering in termen van een diepe en continue sedatie. Ook wordt aangegeven dat de behandelend arts dient af te zien van het doorzetten van een ingrijpende behandeling alleen om het leven te verlengen. Tenslotte moet de arts gehoor geven aan de wens van een patiënt om behandeling en medicatie stop te zetten. Deze wens moet dan in het medisch dossier worden opgenomen.
Recent is er een wettelijke ontwikkeling naar meer thuiszorg. Palliatieve medicijnen die tot nu toe slechts in het ziekenhuis mochten worden toegepast kunnen nu ook door een arts thuis worden toegediend. Deze medicijnen worden daartoe verkrijgbaar bij de apotheek. Een arts moet het proces thuis begeleiden. De arts moet zich er ook van vergewissen dat er een bed in een nabijgelegen ziekenhuis beschikbaar is zodat daar zo nodig zeker op kan worden teruggevallen. In Frankrijk overlijdt 80% in een ziekenhuis terwijl 80% thuis zou willen overlijden.
In oktober 2022 is er op verzoek van de Association pour Le Droit de Mourir dans la Dignité (ADMD) door het Franse enquêtebureau IFOP vastgesteld dat 78% van de geënquêteerden graag zouden zien dat euthanasie in een wel omschreven vorm bij wet wordt toegelaten. Deze enquête liep vooruit op een door president Macron in december 2022 ingestelde Burgerraad (Convention Citoyenne sur la fin de vie), bestaande uit 185 leden representatief voor de Franse bevolking, die als opdracht heeft gekregen om de zwakten en sterkten van de huidige wet te evalueren. Eind 2023 wil men komen tot een nieuwe wet. We kunnen een uitgebreide discussie verwachten. Nu al hebben een aantal geledingen in de gezondheidszorg (van verplegend personeel tot specialisten) uitgesproken dat de huidige wet naar hun mening goed functioneert en dat men huiverig is voor een avontuur met een nieuwe/aangepaste wet.
De Nederlandse wetgeving
Sinds de euthanasiewet van 2002 is euthanasie nog steeds strafbaar maar een arts die de zorgvuldigheidseisen naleeft en de euthanasie heeft gemeld, kan beroep doen op strafuitsluiting. Euthanasie kan slechts plaatsvinden op uitdrukkelijk verzoek van de patiënt zelf en alleen bij uitzichtloos en ondraaglijk lijden. D66 heeft een initiatief wetsvoorstel ingediend dat een geheel ander uitgangspunt heeft, nl. de wens het leven te beëindigen omdat men vindt dat het leven “voltooid” is. Ten tijde van de Covid pandemie heeft men het niet correct gevonden achter dit initiatief druk te zetten. De nu geldende wet van 2002 is gericht op uiterste zorgvuldigheid. Het moet duidelijk zijn dat de wens tot euthanasie vrijwillig en weloverwogen tot stand is gekomen en dat arts en patiënt samen tot de overtuiging zijn gekomen dat er geen andere redelijke oplossing mogelijk was. Er moet tenminste één andere – onafhankelijke – arts geraadpleegd zijn, een SCEN arts (Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland).
De positie van de arts
De discussie over euthanasie richt zich vooral op het recht om over het eigen leven te beschikken en op maatregelen ter voorkoming van misbruik. Aan de arts wordt een zware juridische verantwoordelijkheid toegekend. Maar ik mis in de discussies nogal eens de emotionele kant voor de arts. Bij het artsexamen wordt de eed volgens Hippocrates afgelegd. In het originele geschrift van Hippocrates vindt men de voor euthanasie relevante passage: “Nooit zal ik, om iemand te gerieven, een dodelijk middel voorschrijven of een raad geven die de dood tot gevolg heeft”. De originele eed, stammend van voor onze jaartelling, is door de artsenorganisaties aan de moderne tijd aangepast. In Le Serment d’Hippocrate van de Conseil National de l’Ordre des Médecins staat: « Je ferai tout pour soulager les souffrances. Je ne prolongerai pas abusivement les agonies. Je ne provoquerai jamais la mort délibérément. » Relevante gedeelten uit de huidige eed, samengesteld door de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst luiden: “Ik zal zorgen voor zieken, gezondheid bevorderen en lijden verlichten. Ik eerbiedig de opvattingen van de patiënt.” Men vindt geen uitspraak ten aanzien van levensbeëindiging. Alhoewel artsenorganisaties natuurlijk om advies wordt gevraagd bij het opstellen van een euthanasiewet, moet men toch altijd respect tonen voor de individuele arts die meer terughoudend tegenover euthanasie kan staan dan wat men op basis van de wet verwacht.
Euthanasie in de Franse praktijk
Uit de Franse wetgeving komt voort dat de praktijk is gericht op de palliatieve zorg.
Deze zorg is in het algemeen intensief en toegewijd. Er zijn hospices gespecialiseerd in de palliatieve benadering. Wanneer de dosis morfine wordt opgevoerd, komt men in een grijs gebied tussen pijnbestrijding en euthanasie. Naar mijn ervaring wordt van de ruimte binnen de Franse wet ten aanzien van het risico van bekorting van het leven door palliatieve therapie ruim, maar gewetensvol, gebruik gemaakt. Maar ik heb ook meegemaakt dat er eigenlijk actieve euthanasie werd toegepast. (In 2012 werd het aantal actieve euthanasie gevallen op 0,8% geschat.) Anderzijds heb ik ervaren dat een behandelend arts licht verontwaardigd reageerde toen een patiënt euthanasie ter sprake bracht, terwijl de arts wilde doorbehandelen. Men schrikt nogal eens van het woord euthanasie. Het is verstandiger om over “endormir” te praten. Een goede interactie tussen patiënt en arts, met respect voor elkaars mening, is van essentieel belang.
Uw wensen ten aanzien van het levenseinde kunnen in Frankrijk officieel worden vastgelegd, zie https://www.service-public.fr/particuliers/vosdroits/F32010. Tevens kunt u lid worden van de Association pour le Droit de Mourir dans la Dignité, www.admd.net.
Voor euthanasie naar Nederland
Het eerste probleem is een arts te vinden in Nederland. De huisarts van degenen die onderkomen bieden is geen vanzelfsprekende optie. Het kan de relatie tussen degenen die gastvrijheid bieden en hun huisarts belasten. Tevens vindt men natuurlijk graag een arts die niet te terughoudend tegenover euthanasie staat. Ik heb hierover contact opgenomen met de Levenseindekliniek. U kunt zich tot die kliniek wenden voor hulp (www.levenseindekliniek.nl). De levenseindekliniek is eigenlijk geen kliniek maar een organisatie die artsen aanstuurt om patiënten met een euthanasieverzoek thuis te bezoeken. Op hun website vindt u dat men eist, dat men in Nederland woont. Dit geldt alleen voor de weken of maanden dat de euthanasieprocedure loopt. Men kan al eerder contact met hen opnemen. Ten einde de procedure te bespoedigen is het van belang dat men het (Franse) medisch dossier zo volledig mogelijk kan overhandigen. De Levenseindekliniek verleent hulp bij euthanasie maar kan geen andere medische of verpleegkundige zorg leveren die gedurende het verblijf in Nederland nodig kan zijn. Bent u verdragsgerechtigde (zorgverzekerd via het CAK, vroeger het Zorginstituut) dan worden de kosten van euthanasie gemaakt door de huisarts of de Levenseindekliniek vergoed. Dit heb ik bevestigd gekregen van de Teammanager Groep Buitenlands Recht van het Zilveren Kruis, de instantie die de vergoeding regelt (gbr@zilverenkruis.nl). De vergoeding van de kosten behoort tot het basispakket van de Nederlandse zorg. Bent u geen verdragsgerechtigde en wordt de euthanasie niet vergoed dan moet u bij inschakeling van de levenseindekliniek rekenen op ongeveer € 4000 kosten. Naast de levenseindekliniek kunt u zich voor informatie en hulp bij het opstellen van een wilsbeschikking wenden tot de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (www.nvve.nl).